kindregelingen: eenvoudiger en effectiever

jaarinkomen
jaarinkomen

Er komen minder regelingen voor ouders met kinderen. Nu bestaan er elf regelingen, in 2015 zijn dat er nog vier. Door de vereenvoudiging worden de regelingen effectiever en werken vanuit de bijstand lonend. Zo ontvangen alle alleenstaande ouders met een minimuminkomen voortaan dezelfde financiële ondersteuning. Hierdoor gaan alleenstaande ouders met kinderen erop vooruit als ze gaan werken tegen een minimumloon. Nu leveren deze ouders in als ze gaan werken. Het wordt ook duidelijker voor ouders wat het effect is van een verandering in hun situatie voor de overheidsbijdrage die ze ontvangen. De regering stuurt vandaag het wetsvoorstel van minister Asscher van Sociale Zaken en Werkgelegenheid aan de Tweede Kamer dat dit regelt. Het wetsvoorstel versobert de regelingen ook. De minister bezuinigt 800 miljoen euro op een budget van 10 miljard euro. Ouders die het hardst een financiële bijdrage nodig hebben, worden zoveel mogelijk ontzien.

Vereenvoudiging

Na de vereenvoudiging zijn er nog twee regelingen voor inkomensondersteuning over, namelijk de kinderbijslag en het kindgebonden budget. Daarnaast zijn er twee regelingen die ouders stimuleren om (meer) te gaan werken, de combinatiekorting en de kinderopvangtoeslag.

Eindbeeld: 4 kindregelingen

Inkomensondersteuning:

  • Kinderbijslag: inkomensonafhankelijke tegemoetkoming in de kosten van kinderen
  • Kindgebonden budget: inkomensafhankelijke tegemoetkoming in de kosten van kinderen, gedifferentieerd naar huishoudtype

Participatiebevordering:

  • Combinatiekorting: fiscale tegemoetkoming voor extra kosten door combinatie werk en zorg voor kinderen
  • Kinderopvangtoeslag: specifieke compensatie voor de kosten van kinderopvang

De ouderschapsverlofkorting, de aftrek levensonderhoud voor kinderen, de verschillende regelingen voor alleenstaande ouders en de gratis schoolboeken verdwijnen. De tegemoetkoming voor ouders met thuiswonende gehandicapte kinderen (TOG), de tegemoetkoming in de onderwijsbijdrage en schoolkosten (WTOS) en de regelingen voor alleenstaande ouders (de aanvulling op het minimuminkomen en de alleenstaande ouderkorting) worden opgenomen in bestaande regelingen met een vergelijkbaar doel.

Gelijke tegemoetkoming voor minimuminkomens: werken loont

Vanaf 1 januari 2015 krijgen alle alleenstaande ouders met een minimuminkomen, uit werk of een uitkering, dezelfde tegemoetkoming in het kindgebonden budget voor de kosten van hun kinderen. Deze tegemoetkoming loopt af met het inkomen.

Tot nu toe ontvangt een alleenstaande ouder in de bijstand hogere bijdragen van de overheid dan een alleenstaande ouder die werkt en het minimumloon ontvangt. Daardoor loont het voor deze ouders niet om te gaan werken. Een alleenstaande ouder met twee kinderen op de buitenschoolse opvang die vier dagen per week gaat werken tegen het minimumloon gaat er nu 1.000 euro op achter uit. Vanaf 2015 gaat diegene er niet langer op achteruit, maar er 2.100 euro per jaar op vooruit (zie afbeelding onder). Werken gaat dus lonen.

Versobering

De kosten voor de regelingen bedragen in totaal ruim tien miljard euro. Het kabinet bezuinigt hier jaarlijks 800 miljoen euro op vanaf 2018. Door het verhogen van het kindgebonden budget voor ouders met lage inkomens wordt deze groep ouders zoveel mogelijk ontzien. De effecten op de koopkracht zijn onderdeel van het regeerakkoord. Het gaat niet om nieuwe koopkrachteffecten. Bij het regeerakkoord werd als uitgangspunt genomen dat de effecten van de bezuinigingen eerlijk verdeeld moesten worden en werken moet lonen.

Als gevolg van het wetsvoorstel gaat het merendeel van de ouders er minder dan één procent op achteruit. Alleenstaande ouders met een minimumuitkering, die niet werken, worden relatief hard geraakt. Zij worden in het regeerakkoord gecompenseerd door ondermeer het verhogen van de belastingkorting. Dit heeft ook voor mensen in de bijstand een positief effect. Minister Asscher zal bij zijn begroting in augustus 2014 melden hoe de koopkracht van ondermeer de alleenstaande ouders eruit ziet en of er aanvullende maatregelen nodig zijn om deze ouders te ontzien.

Bron: Rijksoverheid.nl